Dwarse eenvoud

Preek over Micha 6:8

orde morgendienst
zingen: Opwekking 277
zingen: Opwekking 561
stil gebed
votum en groet
zingen: Psalm 131
gebed
Schriftlezing Micha 6:8
preek over Micha 6:8
zingen: Iona 6 (melodie Liedboek 434)
intro avondmaalsviering
zingen: Opwekking 347
gebed (Onze Vader)
zingen: Het is heerlijk
avondmaalsviereing
gebed
mededelingen
zingen: Opwekking 553
zegen

Straks zitten we hier voor weer samen aan tafel. We delen samen brood en heffen de beker en laten die rondgaan. Het heeft een verbluffende eenvoud en tegelijk een enorme diepte. Wat je ziet, waar je deel van uitmaakt, is de eenvoud en de diepte van het evangelie zelf. Alles in het christelijk geloof draait om dit simpele: samen Jezus ontvangen en delen en het nieuwe leven vieren dat hij geeft aan jou en aan de ander naast jou, je naaste. Samen aanschuiven bij de levende God die heel persoonlijk tegen je zegt: Ik houd van jou, proef maar, denk maar aan Jezus, wees er maar zeker van. Houden jullie nu ook van elkaar, dat is nieuw leven, dat wordt mooi.

Bij die eenvoud hoort dan ook echt een eenvoudig christelijk leven. Mensen kunnen het zichzelf zo moeilijk maken als wat. Christenen ook. De wijsheid van de Prediker geldt voor ons allemaal: De mens is een eenvoudig schepsel. Zo is hij door God gemaakt. Maar hij heeft talloze gedachtespinsels (Prediker 7:29). Dan wordt het onoverzichtelijk in je leven, vol van tegenstrijdige verlangens, belangen en zaken waar je ook rekening mee moet houden. En maak dan maar eens de goede keuzes. Ja. En dan komt Micha vanmorgen namens God zelf even dwars in ons leven staan: Zou het? Maak jij je echt druk om wat goed is? Dat is heel eenvoudig, het is vaak genoeg gezegd, je weet het ook best: recht doen, trouw betrachten, nederig de weg gaan van je God.

Dwarse eenvoud, kleine eenvoud, bereikbare eenvoud. Het gaat gewoon over hoe jij omgaat met anderen en met je God. Net zo eenvoudig als straks aan tafel. En voor wat dit betreft: net zo eenvoudig als later vandaag en de komende week aan al die andere tafels waar je komt te zitten. De mensen waar je naast zit zijn je naasten. Doe ze recht, wees ze trouw, leef met Jezus, als nederige dienaar of dienares van een goede Heer.

Het is allemaal zo eenvoudig dat het al te simpel lijkt. Wat moet je met zo iets eenvoudigs in een oneindig complexe samenleving als de onze? En in een al even complexe wereld, waarin alles met alles is gaan samenhangen? Op wie moet je dan stemmen als er verkiezingen zijn? Hoe moet je je dan opstellen als je moet onderhandelen over een grote deal voor het bedrijf waar je werkt? En al die knappe mensen dan, die zich het hoofd breken over hoe het verder moet in Nederland, wat we aan moeten met al die migranten, hoe we de economische crisis kunnen keren en hoe we een beetje vrede kunnen handhaven op aarde? Maken die het zich ook alleen maar moeilijk, halen die zich ook alleen maar van alles in het hoofd?

Toch wil ik vanmorgen even stilstaan bij deze woorden van Micha als evangelie van God zelf. Niet om heel ons leven simpel te maken, maar omdat die dwarse eenvoud van Micha eigenlijk gewoon heel slim is, goed voor kleine mensen op een grote aarde.

Laten we eerste eens even kijken naar het verband bij Micha. We hebben de zeven verzen ervoor ook gelezen. De setting bij Micha is dus die van een rechtszaak van God de Heer zelf tegen zijn volk. Zijn volk Israël is van hem weg gelopen in onrecht, onderdrukking en afgoderij. Het heeft leiders die gerechtigheid verafschuwen en alles wat recht is krom maken. Ze bouwen Sion op bloed en Jeruzalem op onrecht. Iedereen is corrupt: de leiders spreken recht voor geschenken, de priesters wijzen de weg van God voor geld en de profeten zeggen: dit zegt de Heer, tegen betaling. Dan klaagt de Heer zijn volk aan ten overstaan van heel zijn schepping: wat heb ik je misdaan, Israël, dat jij je zo misdraagt? Weet je niet meer dat mijn gerechtigheid de gerechtigheid van bevrijding is?

Dan, in de verzen net hiervoor, komt een reactie van Israël. Die komt neer op: waar kan ik het dan goed mee maken? Moet ik offeren, dieren, olie, mijn kinderen misschien zelfs? Wat moet ik betalen, dat de Heer zijn aanklacht intrekt? Hoe kunnen we deze zaak schikken? Twee dingen bij deze reactie. Allereerst is ze eigenlijk bijzonder schokkend. De Israëlieten gaan er eigenlijk van uit dat God net zo corrupt is als zij, dat hij ook wel het recht wil buigen voor een indrukwekkend geschenk. De Heer zegt: ik klaag jullie aan voor corruptie, voor onrecht en kwaad. En de reactie is: wat moet ik doen om u gunstig te stemmen? Dat krijg je met mensen die zich allerlei gedachtespinsels maken. Laten we niet al te snel verontwaardigd zijn. Wie heeft zichzelf nog nooit betrapt op de gedachte: als ik nu een tijdje extra goed m’n best doe als christen, zal God toch wel vergeten dat ik haar zo gekwetst heb, dat ik hem vergeten ben of dat ik daar zo oneerlijk was? Dat is dezelfde redenering.

Het tweede is dat het een typisch geval is van zaken ingewikkelder maken. Je hebt iets verkeerd gedaan, je wordt er op aangesproken, en je gaat allerlei extra routes verzinnen om onder de gevolgen uit te komen. Van alles wordt overhoop gehaald: dieren, olie, misschien zelfs je kinderen. Wat een gedoe. In ieder geval reageert Micha namens God heel eenvoudig: je kunt het helemaal niet goed maken, je moet eenvoudig het goede doen. Daar gaat het God om. Dat weet je ook best. Maar ja, dat komt even niet uit, of dat levert niet genoeg op naar je zin. Dat is precies waar God niet tegen kan. Hij leeft van de eenvoud van de liefde: doe recht, wees trouw, ga de weg van de tora, de weg van God zelf. Maak het nu eens een keer niet ingewikkelder. Alle wolken van het rookgordijn van Israël worden in één keer weg geblazen: dit is het eenvoudige wat goed is, maak het niet ingewikkelder, doe het gewoon eens.

Terug naar het hart, het eenvoudige hart van het leven met God, kortom. Dat is kennelijk ook gewoon genezend en beschermend. Het houdt je gevoelig voor wat echt goed is en beschermt je tegen de afstand en de abstractie waardoor je ongevoelig wordt en het echt goede mist. Hier heeft Israël zich vast geleefd in onrecht, corruptie en afgoderij. Zonder bonus deden ze niks. En als ze er op gewezen worden maken ze het vanzelf nog ingewikkelder, met allerlei offers en zo. En dan zegt God: je weet wat goed is, doe dat dan. Ik denk dat hij tegen ons allemaal niet veel anders zegt. Als wij ons vast gepraat, klem gewerkt, een slag in de rondte gelogen hebben, als onze relaties heel, heel erg ingewikkeld geworden zijn, wanneer wij ergens in vastgedraaid zitten, stuurt hij ons net zo goed terug naar de diepe eenvoud van zijn liefde: doe nu eens eenvoudig wat je weet dat goed is, stap voor stap, dichtbij, geen grote bla en onhaalbare ideeën van als ik dat nu eens doe gaat alles toch weer helemaal voor elkaar komen. Gewoon recht doen, trouw zijn en nederig de weg van God gaan — dat wil voor ons tegenwoordig zeggen: de weg van vertrouwen op Jezus.

Kun je straks gewoon zien, hier aan tafel, meemaken, in mee doen. We komen allemaal met onze eigen ingewikkeldheden, met de onoverzichtelijkheid van ons eigen leven. Wat heb ik gezegd, wat heb ik gedaan, wat heb ik nagelaten, hoe moet dat nu verder, hoe komen we hier uit? Wel, mens, wie je ook bent, zo eenvoudig als wat hier gebeurt. Houd jezelf niet groot, maar neem nu eens nederig Jezus’ leven aan als volkomen verzoening voor al je kwaad, wat dan ook, en begin dan gewoon dichtbij, net als je brood en beker doorgeeft aan degene naast je: doe recht, wees trouw. Het kan zijn dat je het niet durft, omdat dan van alles niet goed blijkt te zijn bij jou, maar echt heel moeilijk is het niet, lijkt me, sorry zeggen, vergeving vragen, als dat recht is. Gewoon beginnen met je niet terug te trekken achter van alles aan maskers en rookwolken, maar trouw zijn aan de mensen met wie jij te maken hebt. Kleine stapjes: eerst die, dan die, mensenmaat. Dwarse eenvoud, dwars, ja dwars op elke vorm van: ik houd mezelf groot, ik geef niet toe, ik heb toch gelijk, ik verlies m’n gezicht niet. Jezus heeft wel meer verloren dan z’n gezicht. Kom op.

Maar dan ook verder. We staan hier echt in het hart van alles, het hart van de diepe eenvoud van de liefde. Doe recht, dat heeft in de bijbel altijd te maken met mensen aan wie je recht doet. Je zou het haast kunnen weergeven met: neem de mensen naast je serieus in hun situatie, ga echt en eerlijk op ze in. Aan armen doe je recht door ze te helpen. Aan mensen die kwaad doen doe je recht door niet aan ze toe te geven, maar ze te wijzen op wat ze doen. Als je rechter bent of overheid of ouder of leraar of anderszins iets te beslissen hebt doe je ze recht door ze te straffen, te corrigeren. Aan zieken doe je recht door ze te verzorgen, te genezen, te helpen. Aan eenzamen doe je recht door ze te bezoeken. Aan verbitterde mensen doe je recht door naar ze te luisteren en hen echt aandacht te geven, balsem voor de ziel. Dit gaat allemaal veel verder dan recht doen als je houden aan wetten en regels, of wetten en regels handhaven. Dat is maar de oppervlakte. Hoe doe ik recht aan de mensen naast mij aan tafel, morgen? Dat doe je primair door ze echt serieus te nemen als de mensen die zij zijn, geworden zijn, blijken te zijn. Wat dat dan betekent blijkt vanzelf.

Wees trouw. Dat trouw is hetzelfde woord als vroeger vertaald werd met goedertierenheid als het over God ging. Gods goede trouw, waarin hij mensen echt ziet staan en hen niet loslaat, wat er ook gebeurt. Hier is het een stap verder dan recht doen: niet maar even mensen serieus nemen, maar hen dan ook niet meer uit het oog verliezen. Met hen mee gaan, nog een mijl, nog een. Het betekent meer voor de ander willen doen dan verplicht is, het langer volhouden, omdat het je om hen zelf gaat en niet om jou zelf of om nog wat anders. In het Nieuwe Testament heeft dat een extra dimensie gekregen. We hebben het allemaal meegemaakt in Jezus Christus: Ook wij waren eens onverstandig, ongehoorzaam, op de verkeerde weg, slaaf van allerlei begeerten en lusten, enzovoort. Maar toen zijn de goedheid en mensenliefde van God, onze redder, openbaar geworden en heeft hij ons gered, niet vanwege onze rechtvaardige daden, maar uit barmhartigheid (Titus 3). Het is God in Christus echt om ons, om mensen gegaan.

De weg van God gaan is voor ons dan ook niet meer de weg van de tora gaan, sabbat houden, kosjer eten, gewone offers brengen als teken van dank, de verzoening via de tempeldienst volgen, maar de weg gaan van vertrouwen op Jezus. Weer Titus, nu hoofdstuk 2: Gods genade is openbaar geworden tot redding van alle mensen (als je het maar weet, ook van je heidense Nederlandse buur en je islamitische collega). Ze leert ons dat we goddeloze en wereldse begeerten moeten afwijzen en bezonnen, rechtvaardig en vroom in deze wereld moeten leven. Dat is dezelfde eenvoud als die van Micha, de eenvoud van dezelfde liefde.

Met die eenvoud mogen wij, en mag iedereen die het hoort en mee wil doen, midden in onze stad en in onze samenleving staan. Natuurlijk is het allemaal complex en ingewikkeld. Natuurlijk is het zinnig om ook samen na te denken over ontwikkelingen, over de spanningen die individualisering, democratisering, migratie, globalisering, secularisatie en nog wat van die grote dingen oproepen. Maar voor je het weet ben je dan ver weg van de echte werkelijkheid van concrete mensen. Lees even in het boek van onze helemaal niet christelijke burgemeester Cohen en je treft keer op keer zijn verzuchting dat er teveel over elkaar wordt gepraat en te weinig met elkaar. Dat is maar al te waar. En wie Micha tot zich door laat dringen komt daar vanzelf ook op. Het is fantastisch om ingewikkelde interessante beschouwingen te lezen over de stad, over de ontwikkelingen, maar het gaat er gewoon om dat we dichtbij beginnen met gewoon contact te leggen, een praatje te maken, naar mensen te vragen, die mensen met wie wij wonen, bij wie wij aan tafel zitten, naast wie wij wonen, met wie wij werken of studeren. Als die onderbouw er niet is, komt er van al die fraaie woorden en gedachten niets meer uit dan ingewikkelde gedachtespinsels.

Net zo is het heel fijn om van alles te wensen over Amsterdam dat in beweging komt voor Jezus Christus, maar er zal nooit veel van terecht komen als wij niet gewoon dichtbij zelf bewegen, uit onze comfort-zone, en recht doen, trouw zijn, in het gevolg van Jezus, onze Heer. Alle grote woorden beginnen altijd bij kleine daden, bij naasten, bij mensen die naast je aan een tafel zitten. Dan kan het vanzelf wel weer ingewikkelder worden. Tenslotte weet je maar nooit wat er komt als je echt gaat luisteren naar een ander, als je echt die ander serieus neemt en trouw wilt blijven. Maar het kloppend hart van alles is altijd weer: jij en die ander en gewoon doen wat goed is en wat je weet ook dat goed is.

Neem het avondmaal zo maar als begin, en neem het als beeld met je mee.

gehouden in: Amsterdam-ZW, 11 oktober 2009

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *