Een echt goed leven past niet in deze wereld

Preek over zondag 15 Heidelbergse Catechismus

orde morgendienst
votum en groet
zingen: Opwekking 334
zingen: Opwekking 430
gebod
zingen: Liedboek 449
gebed
Schriftlezing Lucas 14:25-35
zingen: Psalm 110,1-3
preek over Zondag 15
zingen: Liedboek 442
gebed
inzameling gaven
zingen: Liedboek 192
zegen

Vorige week heb ik bij zondag 14 eens apart naar voren gehaald dat de Here Jezus gekomen is om ons echte leven te delen. En ons echte leven is ons leven van alle dag. Het zijn niet de top-ervaringen die je leven uitmaken. Ze horen er bij, maar je leeft niet pas echt als je helemaal uit je dak gaat. Je leeft ook niet pas echt in je geloof op de momenten dat je God dichtbij ervaart. Dat zijn op zijn best cadeaus van God die je al iets vooraf laten proeven van het leven waarheen we op weg zijn. Maar intussen is het echte leven hier het alledaagse leven dat we leiden. Juist voor christenen is het de kunst dat echte leven goed te leiden en ons geloof niet alleen met bijzondere momenten te verbinden, maar met ons werkelijke leven.

Dat neemt niet weg dat het leven van de Here Jezus hier op aarde geëindigd is aan een kruis. De weg die hij volgde door het leven kwam uit op Golgota. Wat heeft dàt dan met ons alledaagse leven te maken? Dat het iets met bijzondere momenten in ons leven te maken kan hebben, met momenten van pijn of verdriet of schande of ziekte, dat is tot daaraan toe. Daar hebben we zelfs een uitdrukking voor: ieder huis heeft zijn kruis. Maar het gewone leven? Hij kwam dat leven delen, eerst dertig jaar opgroeien, werken, leven in het verborgen leven van alle dag. Maar het eindigde in een wrede executie, in een vervloekte dood. Wat zegt dat over ons leven? En wat bedoelt Jezus met die donkere woorden die we in Lucas gelezen hebben? Breken met je geliefden, met je leven, de kruis dragen. Denk er maar eens goed over na voor je je met Jezus inlaat, lijkt vooral de boodschap. Wat gebeurt er wanneer we ons dagelijks leven in verband brengen met Jezus’ kruis?

Veel mensen denken dat het daar allemaal wel somber van zal worden, of tenminste heel ernstig. Er zijn christenen genoeg die daar aanleiding voor geven. Ook zondag 15 opent met een donkere zin. Jezus’ leven wordt getypeerd als lijden, heel de tijd van zijn leven op aarde. Zomaar denk je dan bij de Here Jezus aan een lijdende figuur, gebukt onder het lijden en het kwaad van de hele wereld. Is er dan nog iets aan om te leven? Al lang geleden heeft de filosoof Nietzsche Jezus hierom weggehoond als een zwakkeling, die een slavenmoraal van medelijden verkondigde. Zet je leven in verband met Jezus’ kruis en de schaduw van de dood valt je leven in. Dood, zonde en vloek, daar wil je toch niet elke dag bij stilstaan? Dat is ongezond voor mensen, om niet meer te zeggen.

Het lijkt me dat dit hele idee van somberheid en ernst niet klopt. Wanneer je de vier evangeliën doorleest tref je helemaal geen sombere figuur Jezus aan. Er is juist niemand die zo druk bezig is met mensen blij te maken als Jezus. Het begint typerend in Johannes met wijn omdat die bruiloft in Kana door moet gaan. En er volgen allerlei genezingen, uitdelen van brood en vis, maaltijden met buitengesloten mensen die er weer bij mogen horen en ga zo maar door. Terwijl aan alle kanten duidelijk is dat Jezus heel goed wist dat hij straks gekruisigd zou worden, is zijn leven geen donker en somber leven. Integendeel. Het is een goed leven, in alle betekenissen van het woord. Hij is gekomen om te redden, en dat is geen somber werk. Het komt me voor dat dit betekent dat het dan ook nooit somber kan zijn wanneer wij ons leven in verband zetten met zijn kruis. Jezus is niet een donkere wolk aan de hemel van ons leven, maar juist het licht van de wereld, de zon die ons leven laat oplichten.

Toch is er wel iets aan de hand. Dat blijkt wel uit Lucas. Jezus is in ieder geval niet iemand bij wie je een soepel verlopend leven kunt verwachten. Dat heeft hij zelf ook niet gehad. Waarom eigenlijk? Wat gebeurde er? Aan wie lag dat? Ja, aan wie lag dat? Wat had Jezus gedaan dat hij in het nauw gebracht werd en tenslotte gekruisigd werd? Nou ja, niks. Petrus zegt later tegen Cornelius: Hij trok als weldoener door het land en genas iedereen die in de macht van de duivel was, want God stond hem bij (Hand. 10:38). Christus is onschuldig veroordeeld, zegt Zondag 15. Zijn leven stond in het teken van goede dingen doen in de naam van God. Van mensen blij maken met de grote daden en de wonderen en tekenen die God door zijn toedoen deed, Petrus weer, nu in Hand. 2:22. Omdat hij dat deed eindigde zijn leven aan een kruis. Hij is opgehangen omdat hij onverdraaglijk goed was midden tussen mensen die dat niet zijn, midden in een wereld die dat niet is. Zijn leven past niet bij deze wereld omdat het goed is.

In Jezus’ geval was dat opgehangen worden maar geen ongeluk, zoals bij de dood van broeder Roger in Taizé. Het was ook maar geen gerechtelijke dwaling. Jezus is hiervoor gekomen. Hij wilde opgehangen worden door slechte mensen in een slechte, een vervloekte wereld, juist om het kwaad van die slechte mensen te verzoenen en die vervloekte wereld te redden. Hij wil van slechte goede mensen maken en de wereld herscheppen in een nieuwe kosmos. Zijn wonderen zijn juist tekens van die nieuwe kosmos. Daarheen is hij op weg als hij in Lucas de woorden spreekt die we gelezen hebben. Hij is bezig goed te doen, te genezen, lief te hebben, te zorgen. Want dat is de enige echte goddelijke weg het leven door: het kwade te overwinnen door het goede. Op die weg verwacht hij dat zijn leerlingen hem volgen. En dan mogen ze daar best even over nadenken. Het leven dat hij leidt past niet bij deze wereld omdat het goed is.

Hij spreekt hier als de leider van een expeditie door zwaar en ontoegankelijk terrein. Jongens, als jullie mee willen, dan moeten we licht reizen. De bepakking moet af. Uitladen. Van alles kan niet mee. Wie geen afstand kan doen van al zijn bezittingen kan mijn leerling niet zijn. En houd er rekening mee dat het zeer gaat doen, dat je verlies gaat lijden, dat het je leven kan kosten. Het zou best kunnen dat deze weg je geliefden gaat kosten, dat het je een schandelijke dood gaat opleveren. Wie Jezus wil volgen die moet het gaan om werkelijk goed leven, leven in liefde, wat dat ook kost. En dat het wat kan kosten kun je direct aan Jezus zelf zien. Ga maar eens goed doen in een slechte wereld en tussen slechte mensen, en je gaat het merken ook. Maar ga het doen, ga echt uit liefde leven en je bent het zout van de aarde, je leven wordt er toch mooi en goed van, net als dat van Jezus zelf. Om dat goede leven draait alles. Als dat niet meer centraal staat, als het zout zijn smaak verliest, gooi dan alles maar weg.

Er is dus inderdaad iets aan de hand. Jezus leidt een leven dat niet bij deze wereld past omdat het goed is, dat zich niet aanpast aan het kwaad in de mensen om hem heen, maar juist het licht van de liefde over dat kwaad laat vallen. Het is geen somber leven, een leven van alleen maar lijden. Het is juist een goed leven, echt goed en open en eerlijk, echt het leven waar het God ook in zijn wet om ging. En precies dat goede leven roept allerlei spanning op, uiteindelijk bij Jezus zijn kruisiging. Wat de Here Jezus hier in Lucas dus zegt is iets als: als je mij volgt, als je mijn leerling wilt zijn, dan betekent dat ook voor jou leren een leven te leiden dat niet bij deze wereld past, dat zich niet aanpast aan het kwaad in de mensen. En denk daar rustig even over na, want het kan betekenen dat je gedwongen wordt te breken met wie je het meest geliefd zijn, het kan betekenen dat je jezelf moet opgeven, je leven zelfs, het kan betekenen dat je alles moet inleveren, omdat slechte mensen een goed leven niet verdragen. Wil je dat aankunnen, dan moet je echt een leven willen leiden dat goed is, of dat nu past bij de mensen en de wereld of niet.

Ja, en dat goede leven waar het Jezus om gaat is natuurlijk wel je echte leven. In de alledaagse gang van je leven blijkt waar het je werkelijk om gaat, toch? Het is geen kunst om even te doen alsof je iets met elkaar hebt in de kerk op zondag. De kunst is om het te laten blijken door de week. Of je een goed leven wilt leiden blijkt niet uit dat je ’s avonds voor het slapen gaan vergeving van je zonden vraagt, maar uit dat je overdag probeert echt goed met je medemensen om te gaan en dat je overdag niet meedoet met wat slecht is. Of je met de heilige Geest vervuld bent blijkt niet uit of je in tongen spreekt, gaven van genezing hebt of nog veel meer van dergelijke dingen die overal vandaan kunnen komen, maar vol zijn van de heilige Geest blijkt in een heilig leven. En zo door.

Dan blijkt vanzelf het kruis van de Here Jezus van alles met je leven te maken te hebben. Je loopt tegen je eigen grenzen aan: wat hebben we allemaal Jezus’ verzoening nodig. De vloek die op ons ligt op hem! Het gaat Jezus echt om ons werkelijke leven dat we leiden met vallen en opstaan. Daarin wil hij ons slechte ik doden en een leven van dank in ons oproepen. Je loopt tegen de beperkingen van het leven hier op. De aarde die onder de vloek ligt, van alles wat kapot is en hier niet over gaat, je ziekten en je pijn. Heer, ontferm u over ons. Laat komen, Heer, uw rijk! Als je het goede dat je wilt niet kunt, dan is Jezus de gekruisigde vlak bij je. Je loopt tegen de grenzen aan van mensen om je heen, die je kwetsen, beperken en blokkeren kunnen, de grenzen van een samenleving die het om heel andere dingen gaat dan echt goed leven. Wat er ook concreet aan de hand is in je gewone leven, als je het goede dat je wilt niet kunt, dan sta je voor Jezus’ kruis in jouw leven.

Maar denk daar rustig even over na. Want als je het goede dat je kunt niet wilt, dan heeft allerlei ellende en tegenslag niets te maken met Jezus’ kruis. Het kan ook best zijn dat je een bruin leven hier hebt omdat echt goed leven je niet interesseert. Je kunt niet echt iets merken van Jezus’ kruis in jouw leven van alledag omdat het een leven is dat gewoon mee hobbelt met het leven van de mensen om je heen, omdat het een leven is dat maar al te goed bij deze wereld past en zich aanpast aan het kwaad. Mee praten, mee kletsen, mee zwart werken, mee stoer doen, mee je uitleven in niets, mee dit en mee dat. Dat is heel ernstig en heel dom. Zout is iets goeds. Maar als ook het zout zijn kracht verliest, hoe kunnen we het dan zijn smaak terug geven? Het wordt weggegooid, te slecht voor mest.

Het gekke is dus juist dat daar de ernst opduikt wanneer we ons leven los van Christus leiden, los van zijn kruis. Het vrolijkste je uitleven kan bij nader inzien juist de ernstigste vergissing zijn. Je leven vergooid hebben is niet iets om luchtig over te doen. Maar je leven leiden als leerling van Christus maakt het altijd de moeite waard. Het gaat om een echt goed leven, een leven dat ook voor ons mag draaien om mensen blij te maken. Wie zijn leven aan Christus offert als een offer van dankbaarheid mag die dank dag in dag uit uitdelen aan iedereen om zich heen. En als je daarbij tegen van alles en nog wat aanloopt, in jezelf, in de werkelijkheid, in de mensen om je heen, kijk, dan staat niet maar ‘het kruis’ in je leven, maar dan is je Heer die gekruisigd is vlak bij je om je weer moed te geven. Je leven is verzoend, zijn rijk komt en het kwaad wórdt overwonnen door het goede. Toch wel. Wil je dat merken, dan moet je het doen, niet maar je wat voornemens maken hier, maar doen als je weer thuis bent en alle dagen van je echte leven. Amen.

gehouden in: Loenen-Abcoude, 2 oktober 2005
Houten, 8 maart 2009

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *