Een schat vinden

Preek over Matteüs 13:44-46

orde morgendienst
welkom
zingen: Psalm 139,1.2.7.14 (berijming Liedboek)
votum en groet
zingen: Liedboek 457
samenvatting gebod uit Matteüs 22
Kyrie op melodie Opwekking 328
gebed
Schriftlezing Matteüs 13:44-46
preek over Matteüs 13:44-46
zingen: Opwekking 501
getuigenis
openbare geloofsbelijdenis
zingen: Liedboek 341
intro avondmaal
zingen: NGK 125
zingen: Iona 20
avondmaalsviering
zingen: Liedboek 434,1-3
gebed
mededelingen
inzameling gaven
zingen: Liedboek 21,1.3.7
zegen

Dat lijkt iedereen wel wat, geloof ik, een schat vinden. En dan echt ouderwets een schat vinden, niet zoals dat tegenwoordig in Nederland gaat, waar ook gevonden schatten allemaal zo ongeveer in de enige echte schat-kist van minister Bos verdwijnen, nee zelf een schat vinden die je ook zelf mag houden. Je zou er vanzelf weet ik wat voor over hebben om er ook voor te zorgen dat je je schat houden kunt. Behoorlijk wat mensen hebben er zelfs veel geld voor over om een káns op een schat te krijgen en betalen zwaar voor de droom van de jackpot van de lotto of de postcodeloterij. En ook dat andere beeld spreekt nog prima aan. We kennen die oude parelhandelaars niet meer zo. We hebben zelfs soms een plaatje nodig om ons sowieso iets bij een parel te kunnen voorstellen. Maar we kunnen ons uitstekend indenken dat de man in dit verhaal van Jezus zijn hele hebben en houden investeert in die ene extreem kostbare parel. Dat is de slag van je leven. Dit maakt alles anders. Voor de rest van je leven ben je de man die die parel vond, die éne, die beroemde.

Goed, en nu hebben we vanmorgen twee mensen hier, die met zoveel woorden gaan zeggen dat zij zo’n schat gevonden hebben en zo’n parel ontdekt. Ook in hun leven ging het als met het vinden van zo’n schat en ging het als met het ontdekken van zo’n parel. Steeds meer is tot Nanja en Manuel doorgedrongen hoe rijk je bent als je bij God hoort en je leven met Jezus deelt. Verrassing, wat een schat. En steeds meer kwam ook de overtuiging: ja, maar dan is het eigenlijk heel vanzelfsprekend dat ik helemaal voor God ga, dat ik mijn leven wijd aan hem. Hij geeft de zin in mijn leven, in alle opzichten. Dat vanzelfsprekende, dat hier in die verhalen op opvalt, dat zit ook in hun leven. Niemand heeft tegen hen gezegd: nou, het is wel tijd dat je eens belijdenis doet in de Tituskapel en dat je je leven voor God gaat inzetten.

Niemand hoefde dat ook tegen die mensen in de verhalen te zeggen: schiet een beetje op, tijd om alles te verkopen voor die schat. Welnee, ze gingen vanzelfsprekend alles verkopen wat ze hadden. Ze vonden iets en hun hele bestaan, hun huis, hun spulletjes, alles was hun minder waard dan die schat of die éne parel. En dat niet met iets over zich van ‘het is rot maar het mot’, niet met tegenzin, juist omgekeerd. De vinder van de schat is zo blij dat hij alles gaat verkopen, en dezelfde blijdschap zit bij die parelhandelaar verborgen in dat kostbare van die parel. Wat ze gevonden hadden gaf in alle betekenissen van de uitdrukking zin in hun leven: ze hadden des te meer zin om te leven, maar ook: ze hadden iets gevonden dat hun leven echt de moeite waard maakte om te leven.

Om wat voor soort iets kan het dan gaan? Nou ja, laten we eerst eens wat wegstrepen, dat is altijd makkelijker. Het lijkt me dat het bij dat nog geheimzinnige koninkrijk dan niet kan gaan om een soort theorie, een vorm van systeem of wereldbeschouwing, een manier van kijken naar onszelf en naar de wereld om ons heen, waardoor alles op z’n plaats valt of zo. Want een mens moet wel behoorlijk verknipt zijn wil hij zijn hele bestaan opgeven voor een nieuwe kijk, een prachtige theorie, een verhelderende gedachte. Dat is allemaal hoogstens meegenomen, maar niet wat je leven de moeite waard maakt en wat je zin geeft om verder te gaan. Om dat soort dingen gaat het dus ook niet in het christelijk geloof. En denken dat het wel zo is kan je behoorlijk blokkeren bij het vinden van God als de schat in je leven.

En er is nog iets wat we meteen weg kunnen strepen. Als het zo gaat als in deze verhalen, kan het bij dat hemels koninkrijk ook niet gaan om allerlei wetten en regels en recepten voor ons leven. Ik heb tenminste nog nooit een mens zo enthousiast zien worden van wetten en regels en recepten, dat hij daar zijn hele hebben en houden voor aan de kant zou zetten. Ja, ik zie wel en hoor wel eens van mensen die heel hun leven door regels laten bepalen. Maar dat zijn geen enthousiaste mensen. Ze mogen dit niet en dat niet, ze moeten dit en ze moeten dat. En daar blijft het dan bij. Maar hier zien we van dat alles niets. En daar gaat het dus ook niet om in het christelijk geloof. Weer: denken dat het wel zo is blokkeert zomaar. Christenen mogen dit niet en dat niet, zeggen ze dan. Maar hier zien we iemand die zo blij is dat hij heel zijn leven op zijn kant zet voor dat ene.

Het zal in dat hemels koninkrijk dus om iets moeten gaan dat mensen werkelijk raakt als de mensen die ze zijn. Het gaat om iets dat zo on-vanzelfsprekend is als dat je een schat vindt, maar wat vervolgens vanzelf-sprekend in je leven uitwerkt: het geeft je er zin in, het maakt je leven de moeite waard: zin in je leven!

Nu heet dat koninkrijk natuurlijk niet voor niets hemels koninkrijk. Iedereen kan dan al wel raden dat het iets met God te maken heeft. Als we verder rondkijken in de bijbel, rond deze verzen, dan merken we dat het er in dat hemels koninkrijk om gaat dat God zelf koning wordt op aarde. Dat begint met het uitdelen van Gods grote geschenk voor mensen, dat Hij ze door Jezus zelf nieuw leven wil geven dat voor altijd duurt, eeuwig leven. Uiteindelijk groeit dat eeuwig leven, door de dood heen, uit tot een hele nieuwe werkelijkheid, een nieuwe wereld waar het vrede zal zijn en waar het eerlijk toegaat, waar het leven een feest is en blijft. Maar dat is uiteindelijk, het begint hier al, met de ontdekking dat God zelf van je houdt, wie je ook bent, met de ontdekking van Jezus, die zich zo met ons identificeert dat Hij een mens werd naast ons, voor ons, met de ontdekking van nieuwe bezieling, een nieuwe Geest van God, die je zin in je leven geeft. Kortom, de ontdekking dat er iemand voor altijd van je houdt, dat leven met God eeuwig leven is. Je mag hier al beginnen met iets dat nooit meer ophoudt.

Is dat vanzelfsprekend? Welnee. Het is een eindeloze verrassing. Je hoeft maar één journaal te beluisteren om te weten wat voor puinhoop deze wereld is. Je hoeft maar even in je leven rond te kijken om te weten dat er allerlei aan ontbreekt, veel pijn doet, en ook van alles echt verkeerd gaat. Maar afgezien daarvan nog. We hebben allemaal onze dingen en onze mensen die ons zin in ons leven geven, die het leven de moeite waard maken. We trekken ons op aan wat goed is en waar en mooi. Je komt met goede zin je bed uit voor werk dat je leuk vindt. Je leeft toe naar het moment dat je je vrienden weer spreekt. En wat is er mooier dan dat iemand van je houdt? Het zijn maar wat voorbeelden. Ieder mens heeft eigen anderen, eigen dingen die het leven voor haar de moeite waard maken. Maar nu even nuchter en eerlijk: al die dingen, al die mensen, ze blijven niet. Eens is je werk voorbij. Dan laten vrienden je in de steek. En mensen sterven. Dan wordt het moeilijk. En dat kan je het gevoel geven dat waar jij zoveel energie in steekt eigenlijk niet de moeite waard is. Wat stelt het nu uiteindelijk allemaal voor?

En dat is jammer. Want de verrassing van de schat van het hemels koninkrijk is nu juist dat al die goede dingen, alles wat echt goed en waar en mooi is, van God komt, van de Vader, de schepper. Hij is echt helemaal goed. Dé Goede, de ware en de schone is uiteindelijk Iemand, Iemand die ons omhelst. En het leven met Hem mag je hier beginnen om er nooit meer mee op te houden. Wat echt goed is en nu al je zin in je leven geeft, heeft bij Hem toekomst. Als je die schat van leven met God in Jezus ontdekt, ontdek je een zin in je leven die alles wat toch al zin aan je leven gaf in zich opneemt. Je goede werk wordt niet waardeloos, en zelfs vervelend werk kun je aan. Je slechte vrienden wilde je toch al kwijt, maar je goede vrienden wil je des te meer vasthouden. Echte liefde blijft en krijgt nog een extra verdieping door Gods liefde. En zo voort.

Dat dit allemaal nu al begint, dat je mag ontdekken dat de levende God hier van je houdt, en dat zijn liefde tot in eeuwigheid is, dat hij blijft houden van ons, dat hij je je leven door begeleidt, door moeite en ellende, en door blijdschap en verrukking heen, dat hij de zin van je leven wil zijn — dat en nog zoveel meer is de schat die we in de kerk ontdekt hebben, jullie ook Nanja en Manuel. Vanzelf dat we dat vieren, straks delen we Jezus en heffen we de beker omdat we blij zijn met hem. Vanzelf ook dat we echt voor hem willen gaan. Dat willen jullie. Het is tijd om consequent te worden en beslissingen te nemen, zeiden jullie. Zeker. Maar eerst is het tijd om blij te zijn en te zien dat we echt een schat gevonden hebben en die ene parel die ervoor zorgt dat we nooit meer verder hoeven te zoeken. Laten we zingen, Vader, mijn God, ik aanbid u. Amen.

gehouden in: Amsterdam-ZW, 10 juni 2007
eerdere versies gehouden in: Loenen-Abcoude, 25 mei 1997
Loenen-Abcoude, 24 oktober 2004

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *