Tweede zondag van de advent – Vespers

korte stilte

℣ God, kom mij te hulp,
℟ Heer, haast u mij te helpen.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen. Halleluja.

eerste antifoon

Zie, in de wolken van de hemel zal de Heer verschijnen met groot machtsvertoon, halleluja.

eerste psalm: Psalm 144:1-8 — Gebed om overwinning en vrede
Zijn handen waren geoefend voor de strijd toen hij de wereld overwon, want, zei hij, ‘ik heb de wereld overwonnen’ (Hilarius).

Geprezen zij de HEER, mijn rots,
die mijn handen oefent voor de strijd,
die mijn vingers schoolt voor het gevecht,
mijn beschermer, mijn vesting,
de burcht die mij veiligheid biedt,
het schild waarachter ik schuil,
hij die volken aan mij onderwerpt.

HEER, wat is de mens dat u om hem geeft,
de sterveling dat u aan hem denkt?
Een mens is vluchtig als een ademtocht,
zijn dagen glijden als een schaduw weg.

HEER, schuif uw hemel open en daal af,
raak de bergen aan zodat ze roken.
Werp uw bliksem, sla de volken uiteen,
schiet uw pijlen en verdrijf hen.

Reik mij uw hand van omhoog,
bevrijd mij, ontruk mij aan de woeste wateren,
aan de greep van vreemdelingen
die leugens spreken met hun mond,
bedrog verbergen in hun handen.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

eerste antifoon

Zie, in de wolken van de hemel zal de Heer verschijnen met groot machtsvertoon, halleluja.

tweede antifoon

Sion is onze versterkte stad, de Verlosser zal zijn als een wal en een bolwerk. Open de poorten, want God is met ons, halleluja.

tweede psalm: Psalm 144:9-15 — Gebed om overwinning en vrede
Zijn handen waren geoefend voor de strijd toen hij de wereld overwon, want, zei hij, ‘ik heb de wereld overwonnen’ (Hilarius).

Ik wil een nieuw lied voor u zingen, God,
voor u spelen op de tiensnarige harp,
want u brengt koningen redding,
u hebt David, uw dienaar, bevrijd.

Bevrijd ook mij van het moordende zwaard,
ontruk mij aan de greep van vreemdelingen
die leugens spreken met hun mond,
bedrog verbergen in hun handen.

Onze zonen zijn als jonge planten,
in hun jeugd met liefde verzorgd,
onze dochters als de hoekzuilen
van een paleis, zo sierlijk gesneden,

onze schuren gevuld,
van voorraad en voedsel voorzien,
onze schapen en geiten, met duizenden,
met tienduizenden op onze velden,
onze kudden doorvoed,

geen inval, geen uittocht,
geen weeklacht op onze pleinen.
Gelukkig het volk dat zo mag leven,
gelukkig het volk dat de HEER als God heeft.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

tweede antifoon

Sion is onze versterkte stad, de Verlosser zal zijn als een wal en een bolwerk. Open de poorten, want God is met ons, halleluja.

derde antifoon

Zie de Heer zal verschijnen en zijn woord gestand doen, ook al laat hij nog wachten. Zie naar hem uit, want hij zal komen en niet dralen, halleluja.

derde psalm: Psalm 145:1-7 — Loflied op de majesteit van God
Rechtvaardig bent u, de heilige, die is en die was (Openb. 16:5).

U, mijn God en koning, wil ik roemen,
uw naam prijzen tot in eeuwigheid.
Elke dag opnieuw wil ik u prijzen,
uw naam loven tot in eeuwigheid:
‘Groot is de HEER, hem komt alle lof toe,
zijn grootheid is niet te doorgronden.’

Laat geslacht na geslacht van uw schepping verhalen,
uw machtige daden verkondigen.
Laten zij spreken over de glorie van uw majesteit,
ook ik wil uw wonderen bekendmaken.

Laten zij getuigen van uw geduchte daden,
ook ik wil van uw grootheid vertellen.
Laten zij de roem van uw goedheid verbreiden,
uw gerechtigheid luid bezingen.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

derde antifoon

Zie de Heer zal verschijnen en zijn woord gestand doen, ook al laat hij nog wachten. Zie naar hem uit, want hij zal komen en niet dralen, halleluja.

vierde antifoon

Bergen en heuvels zullen Gods lof zingen, en alle bomen zullen in de handen klappen, want onze Heer komt als heerser voor altijd, halleluja, halleluja.

vierde psalm: Psalm 145:8-13a — Loflied op de majesteit van God
Rechtvaardig bent u, de heilige, die is en die was (Openb. 16:5).

‘Genadig en liefdevol is de HEER,
hij blijft geduldig en groot is zijn trouw.
Goed is de HEER voor alles en allen,
hij ontfermt zich over heel zijn schepping.’

Laten al uw schepselen u loven, HEER,
en uw getrouwen u prijzen.
Laten zij getuigen van de luister van uw koningschap,
spreken over uw machtige werken,

aan de stervelingen uw machtige daden verkondigen,
de glorie en de glans van uw koningschap:
‘Uw koningschap omspant de eeuwen,
uw heerschappij omvat alle geslachten.’

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

vierde antifoon

Bergen en heuvels zullen Gods lof zingen, en alle bomen zullen in de handen klappen, want onze Heer komt als heerser voor altijd, halleluja, halleluja.

vijfde antifoon

Zie, onze Heer zal met macht verschijnen, hij zal de ogen van zijn dienaren licht brengen, halleluja.

vijfde psalm: Psalm 145:13b-21 — Loflied op de majesteit van God
Rechtvaardig bent u, de heilige, die is en die was (Openb. 16:5).

‘Betrouwbaar is de HEER in alles wat hij zegt,
heel zijn schepping blijft hij trouw.
Een steun is de HEER voor wie is gevallen,
wie gebukt gaat richt hij op.
Allen zien hoopvol naar u uit,
u geeft voedsel, op de juiste tijd.
Gul is uw hand geopend,
u vervult het verlangen van alles wat leeft.

Rechtvaardig is de HEER in alles wat hij doet,
zijn schepselen blijft hij trouw.
Allen die hem aanroepen is de HEER nabij,
die hem roepen in vast vertrouwen.

Hij vervult het verlangen van wie hem eren,
hij hoort hun klacht en komt te hulp.
De HEER waakt over wie hem liefhebben,
maar wie hem afwijzen, vaagt hij weg.’
Laat zó mijn mond de lof spreken van de HEER,
en alles wat leeft zijn heilige naam prijzen,
tot in eeuwigheid.

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

vijfde antifoon

Zie, onze Heer zal met macht verschijnen, hij zal de ogen van zijn dienaren licht brengen, halleluja.

kapittel: Romeinen 15:4

Alles wat vroeger is geschreven, is geschreven om ons te onderwijzen, opdat wij door te volharden en door troost te putten uit de Schriften zouden blijven hopen.

hymne: Creator alme siderum

Gij die der sterren schepper zijt,
met eeuwig licht uw kinderen leidt,
o Christus, die de mensen redt,
hoor naar ons innig smeekgebed.

Opdat de wereld niet vergaat
door ’t duivelse bedrog en kwaad,
geeft Gij Uzelf in liefdespijn,
en wordt haar milde medicijn.

Gij draagt aan ’t harde kruis gehecht
de zonden van de wereld weg,
o kind der maagd dat tot ons kwam
als onbezoedeld offerlam.

Voor uw immense majesteit
buigt alle knie zich wijd en zijd,
buigt aarde en hemel zich ter neer
en dient U op uw wenken, Heer.

Wanneer Gij zetelt ten gericht
ten laatste dage in het licht,
wij bidden U dat Gij ons wilt,
o Rechter, schutten met uw schild.

Lof, eer en macht en majesteit
zij God de Vader toegewijd,
en God de Zoon en God de Geest,
zoals het immer is geweest.

vers

℣ Hemel, laat gerechtigheid neerregenen, laat haar neerstromen uit de wolken.
℟ Laten hemel en aarde redding voortbrengen en ook het recht doen ontspruiten.

antifoon bij de lofzang

‘Bent u degene die komen zou of moeten we een ander verwachten?’ ‘Zeg tegen Johannes wat jullie horen en zien: blinden kunnen weer zien, doden worden opgewekt en aan armen wordt het goede nieuws bekendgemaakt.’

lofzang van Maria

Mijn ziel prijst en looft de Heer,
mijn hart juicht om God, mijn redder:
hij heeft oog gehad voor mij, zijn minste dienares.
Alle geslachten zullen mij voortaan gelukkig prijzen,
ja, grote dingen heeft de Machtige voor mij gedaan,
heilig is zijn naam.
Barmhartig is hij, van geslacht op geslacht,
voor al wie hem vereert. —

Hij toont zijn macht en de kracht van zijn arm
en drijft uiteen wie zich verheven wanen,
heersers stoot hij van hun troon
en wie gering is geeft hij aanzien.
Wie honger heeft overlaadt hij met gaven,
maar rijken stuurt hij weg met lege handen. —

Hij trekt zich het lot aan van Israël, zijn dienaar,
zoals hij aan onze voorouders heeft beloofd:
hij herinnert zich zijn barmhartigheid
jegens Abraham en zijn nageslacht,
tot in eeuwigheid. —

Eer aan de Vader en de Zoon en de heilige Geest,
zoals het was in het begin en nu en altijd
en in de eeuwen der eeuwen. Amen.

antifoon bij de lofzang

‘Bent u degene die komen zou of moeten we een ander verwachten?’ ‘Zeg tegen Johannes wat jullie horen en zien: blinden kunnen weer zien, doden worden opgewekt en aan armen wordt het goede nieuws bekendgemaakt.’

slotgebeden

℣ Heer, ontferm u over ons.
℟ Christus, ontferm u over ons.
℣ Heer, ontferm u over ons.

Onze Vader in de hemel,
laat uw naam geheiligd worden,
laat uw koninkrijk komen
en uw wil gedaan worden
op aarde zoals in de hemel.
Geef ons vandaag het brood
dat wij nodig hebben.
Vergeef ons onze schulden,
zoals ook wij hebben vergeven
wie ons iets schuldig was.
En breng ons niet in beproeving,
maar red ons uit de greep van het kwaad.
Want aan u behoort het koningschap,
de macht en de majesteit tot in eeuwigheid. Amen.

℣ HEER, hoor mijn gebed,
℟ laat mijn hulpkreet u bereiken.

korte stilte

Bidden wij vol vertrouwen tot Christus onze Verlosser, die alle mensen komt redden: Kom, Heer Jezus.
Heer, door mens te worden hebt u aan de wereld uw godheid geopenbaard; breng ons tot leven door uw komst.
U hebt onze zwakheid op u genomen; laat ons delen in uw kracht.
Bij uw eerste komst hebt u de zonde van de wereld weggenomen; vergeef ons onze schulden als u wederkomt.
U die leeft en alles bestuurt, toon uw liefde en laat ons delen in uw heerlijkheid.
U bent verheven aan de rechterhand van de Vader; verblijd de gestorvenen met het licht van uw gelaat.
U die leeft en heerst met God de Vader in de eenheid van de heilige Geest, God, door de eeuwen der eeuwen. Amen.