Ik wil op God lijken voor jou

Preek over Psalm 121

orde avonddienst
welkom
zingen: Opwekking 123
stil gebed
votum en groet
zingen: Opwekking 389
gebed
Schriftlezing 1 Joh. 4:7-21
Schriftlezing Psalm 121
preek over Psalm 121
zingen: Opwekking 640
huwelijksbevestiging Marianne en Dirk
na zegen
zingen: Opwekking 602
voorbedegebed
inzameling gaven
aanbieden trouwbijbel
zingen: NGK 99
zegen

Je hebt mensen die lopen door het leven, en je heb mensen die fietsen door het leven. Marianne en Dirk, jullie hebben ons allemaal per post laten weten dat jullie graag fietsend door het leven gaan. Vanaf vandaag samen verder, niet maar op weg naar een huisje boompje beestje rustoord, maar naar nieuwe avonturen, nieuwe ontdekkingen en nieuwe perspectieven, nu als man en vrouw. Komen en gaan, gaan en komen, stroom, beweging, nieuwsgierigheid, dat hoort bij jullie en het zal ongetwijfeld ook bij jullie huwelijk gaan horen. Altijd meer verwachten te kunnen ontdekken, vol bewondering zien dat het leven altijd nog groter is, verder reikt, dieper klopt, meer kleuren en dimensies heeft dan je al dacht — dat is de glans in jullie leven.

Als we dan zo in de kerk zitten vanavond, expres even samen ons richten op God, dan blijkt dat jullie in dat alles niet alleen jezelf zijn, maar ook een verwijzing zijn naar God, beeld van God; lijken op God zoals je op je moeder of grootvader kunt lijken, nee, niet maar die neus of die handen, maar ook qua karakter. Als er iets is wat hoort bij de God over wie de bijbel vertelt dan is het dat hij de God is van altijd meer dan je denkt, dat hij leeft in overvloed en uitbundigheid, dat hij nieuwe dingen verzint en dat hij nieuwsgierig is. Eeuwen lang trekt hij met zijn volk mee in een tent, en als hij op een gegeven moment iets laat zien van zijn majesteit blijkt hij een troon op wielen te hebben, altijd onderweg. Hij noemt zichzelf niet maar ‘Ik ben’, hij noemt zichzelf ‘Ik zal er zijn’. Bij zijn liefde hoort creativiteit, hoort altijd weer iets nieuws, hoort nog eens een keer een nieuwe werkelijkheid waar we een eeuwigheid voor nodig zullen hebben om die te exploreren. Saai is het in ieder geval nooit bij hem, onveranderlijkheid hoort bij de dood en niet bij het leven, hij is de God die altijd garant staat voor een nieuw initiatief.

Nee, jullie zijn natuurlijk gewoon Marianne en Dirk, en niet God, maar er lijkt wel wat. Dat jullie kinderen van God zijn is niet alleen maar iets wat je kunt geloven of niet, het is ook iets wat je kunt zien. En dat is ook de bedoeling volgens de bijbel, nog eens extra vandaag op jullie trouwdag. De bedoeling, want mensen zijn volgens de bijbel zo gemaakt: beeld van God, verwijzing naar God, er lijkt iets. En nog eens extra vandaag, want jullie wilden vanavond om allerlei redenen Psalm 121 laten klinken. En daarin staat ook die zin: ‘mijn hulp komt van de HEER, die hemel en aarde gemaakt heeft’. Onze helper is Jahwe, is ‘Ik zal er zijn’, de levende God, zo totaal overvloeiend van leven en liefde dat hij alles gemaakt heeft. En dat is op je trouwdag een zin met een heleboel extra betekenis.

Want trouwen betekent dat je tegen elkaar zegt: ik zal jou helper zijn, niet waar? Zo is dat nog steeds in Nederland: je bent verbonden in een verhouding van wederzijdse zorg, de een de helper van de ander en de ander de helper van de een. Maar zo is het volgens de bijbel altijd al de bedoeling geweest. God vond de mens pas af toen hij samen was, de een de helper van de ander. Het is niet goed dat een mens alleen is, hij moet een helper hebben die bij hem past. En dan gebruikt de bijbel precies hetzelfde woord als hier in deze psalm. Dus vandaag hebben jullie tegen elkaar gezegd — en je gaat het zo nog eens zeggen —: Marianne, ik ben jouw helper voor altijd, Dirk, ik ben jouw helper voor altijd — en samen willen jullie het vanavond gezegd hebben: ‘Ik zal er zijn’, de levende God, is onze helper voor altijd. Wij hebben de kunst van helper zijn van hem afgekeken en we willen dat voor altijd blijven doen. ‘Wij hebben lief omdat God ons eerst heeft liefgehad.’

Zie je, trouwen heeft ook de kleur van tegen elkaar zeggen: ik wil op God lijken voor jou. Je kunt er op rekenen dat ook voor mij geldt, altijd weer geldt: ‘ik zal er zijn’, jouw helper. Ook in onze relatie wil ik altijd weer opnieuw initiatief nemen om die goed en mooi te laten zijn. Ik let op je, ik laat je nooit vallen, ik volg je waar je ook gaat of staat.

Dat zijn inderdaad hele grote woorden. Daarom zijn we dan ook hier bij elkaar gekomen in de kerk, expres niet maar mensen onder elkaar, maar mensen onder Gods ogen. Jullie staan hier straks bewust voor de levende God, die jullie gemaakt heeft, die je leven lang met je mee getrokken is en trekt, die jullie helper is tot en met, die jullie bewondering voor het leven heeft gegeven, en nieuwsgierigheid, en alle mogelijkheden om die uit te leven, die jullie elkaar gegeven heeft, en die jullie liefheeft, niet maar in woorden, maar in daden, tot en met de daad toe van de gave van zijn Zoon, zijn leven voor jullie leven, zijn vergeving voor alles wat slecht is en mislukt, zijn nieuwe energie om altijd weer opnieuw te beginnen, verder te gaan, levend tot in eeuwigheid. Hij is de God van de grote woorden: ik doop je in de naam van de Vader en de Zoon en  de heilige Geest. Hij is de God van de grote projecten: ik maak alles nieuw, ook jou. Hij heeft ons altijd weer als eerste lief. Onder zijn ogen is, denk ik, de enige plaats waar je zulke grote woorden kunt spreken: Heer, u hebt het ons geleerd, liefhebben, helper zijn, van u willen we de kunst afkijken, net als u, voor altijd.

En het leuke bij deze God is dat hij je dan helemaal inschakelt als de mens die jij bent. Je hoeft geen god te worden om op hem te lijken, blijf vooral gewoon Marianne en Dirk. Jullie zijn samen trekkers, ontdekkingsreizigers, bewonderaars, elk op eigen manier. Zorg dat je het blijft. Houd elkaar in beweging, scherp elkaar op, open elkaar de ogen voor wat nieuw is, anders. Het boeiende van helper zijn zoals jullie dat nu van elkaar zijn geworden, en zoals God dat van mensen wil zijn, is dat je niet hoeft te wachten tot de ander hulpbehoevend is of bepaalde dingen niet kan. Dat kan best eens komen of gebeuren, en op een gegeven moment zal het zeker gebeuren, dat je dingen niet meer kunt. God zelf vergroot dat helemaal uit. Als jij je fouten niet meer goed kunt maken gaat hij dat voor je doen. Als jij jezelf niet meer in leven kunt houden, draagt hij je de dood door, eeuwig leven binnen. Maar daarvóór en daaromheen is je hele leven wat je deelt. Jij loopt, jij komt en gaat, jij bent onderweg, God gaat mee en let op, extra op. Hij is je wachter, volgt je op de voet. Hij wijst aan: kijk, mooi, kijk, gevaarlijk, kijk, daar is een goede weg, kijk, dat wordt zwaar, denk even goed na, neem even rust, kijk, daar kun je ook langs. Dat is stimulans, dat is samen meer zijn dan twee. Dat is met vier ogen kunnen kijken, met vier oren horen met samen veel meer kunnen verzetten dan alleen.

Wat me eindeloos boeit in de God van de bijbel is dat hij zo onvoorstelbaar veelkleurig levend is. Hij maakt niet één soort mensen, maar onoverzienbaar veel soorten mensen. Er zijn mensen die tegen bergen opkijken als een zware klus, er zijn mensen die tegen bergen opkijken als een intrigerende uitdaging: hoe zal het uitzicht zijn daar boven? Hij helpt op de manier van kracht geven als het zwaar is, maar hij helpt ook op de manier van zin geven om je eigen kracht te ontdekken die hij jouw ingeschapen heeft. Hij helpt op de manier van rust geven als je moe en uitgeput bent, maar hij helpt ook op de manier van je werk geven dat je uitdaagt en laat groeien en laat ontdekken. Hij helpt op de manier van vergeven, je verlossen van wat je aan verleden met je mee sleept, maar hij helpt ook op de manier van inspireren, je nieuwe toekomst laten ontdekken.

Dan onder zijn ogen tegen elkaar mogen zeggen: ik wil jouw helper  zijn, ik wil op God lijken voor jou, is één grote stimulans om te gaan ontdekken wat dat heel concreet voor jou, Marianne, en voor jou, Dirk, gaat betekenen. Ik denk zo: vast de ene keer dit en de andere keer dat. Maar het zal altijd iets zijn waarin je echt Marianne en echt Dirk bent, voor elkaar en voor alle mensen die God in je leven geeft. Je hebt het leven doorgekregen van God via jullie ouders, samen met broers en zussen, familie, vrienden en nog zoveel mensen meer. In de stroom van het leven heb je je eigen plek gekregen, je eigen geloof in God, je eigen mogelijkheden. Geef het door, zelf, op jouw manier, en er zal altijd meer in blijken te zitten dan je nu al denkt.

Nee, niemand weet wat er komt. Je hebt tenslotte als je trouwt geen idee waar je aan begint. Maar ik geloof dat jullie dat alleen maar extra nieuwsgierig maakt. Jullie fietsen door op weg naar nieuw avontuur. Dat is mooi. Je laat er iets van God in zien aan elkaar en aan ons. Hij zal er zijn, waar je ook uitkomt en waar je ook in terecht komt. Hij zal er iets op vinden, iets nieuws, iets anders, iets moois, altijd. Tot aan de mensen-grens van de dood mogen jullie daar deel aan hebben: er zijn voor elkaar, als het mooi is, als het moeilijk is, als het goed is, als het kwaad is: helper, stimulans, wachter, extra paar ogen en handen. Ik wil op God lijken voor jou. Ga met God en het wordt een goede reis. Amen.

gehouden in: Amsterdam-ZW, 27 augustus 2011

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *